Opdracht 1 Water om te drinken



Er is heel veel water op aarde.

Maar het allergrootste deel daarvan kun je niet drinken.

Het is namelijk zout water, of ijs of het zit heel diep in de grond.

Ongeveer 1 procent van al het water op aarde is zoet water en dus drinkbaar.

Maar voordat je dat doet, moet het eerst gezuiverd worden.

 

In Nederland kun je water uit de kraan drinken.

Het water is gezuiverd grondwater of oppervlaktewater.

Dat hebben we te danken aan de drinkwaterbedrijven.

Zij maken het water schoon en betrouwbaar.

 

Regen of sneeuw komt in meren en zeeën terecht, maar ook op het land.

Daar zakt het langzaam de grond in. Dit noemen we GRONDWATER.

Water uit rivieren en meren en sloten heet OPPERVLAKTEWATER.

Ons drinkwater is schoon en helder, omdat het goed gezuiverd wordt.

In ons land wordt het meeste drinkwater uit de grond omhoog gepompt.

In Nederland staan ongeveer 250 pompstations die het grondwater

wel vijftig tot honderd meter diep uit de grond pompen.

Nadat het grondwater is opgepompt, moet het nog worden gezuiverd.

Deze waterbehandeling gebeurt in een aantal stappen.

 



Het schone water gaat via leidingen naar jouw huis.

Daar gebruik je het om te drinken, te douchen, af te wassen of de wc door te trekken.

Het gebruikte water verdwijnt na gebruik in het riool.

Het rioolwater komt in de rioolwaterzuivering terecht om schoongemaakt te worden.

Het schoongemaakte afvalwater komt via rivieren weer in zee terecht.

Het water verdampt

En dan begint weer de grote kringloop. ( Zie Onderwerp 3 De waterkringloop )




Maak jouw eigen website met JouwWeb